Wetenschappers uit Indonesië en de VS waarschuwen dat de 'eeuwige sneeuw' in de Indonesische provincie Papua in 2015 verdwenen zal zijn. Na jaren van voorbereiding heeft in juni 2010 een 13-daagse expeditie plaatsgevonden naar de ijslaag op de verlaten, mistige bergen van Oost-Indonesië. Op de flanken van de Puncak Jaya, die in de Nederlandse koloniale tijd Carstenzpiramide of Carstensztop heette, zijn de eeuwige sneeuw en de gletsjers bijna verdwenen. De Puncak Jaya is met een hoogte van 4884 meter de hoogste berg van Indonesië en Oceanië. De berg ligt op slecht 80 kilometer van de zuidkust van het eiland Nieuw-Guinea. ‘Ik denk dat we net niet te laat waren en dat we in staat waren op zijn minst een klein beetje van de geschiedenis van het klimaat te redden’, verklaarde paleoklimatoloog Thompson die 57 van zulke expedities in 16 landen over de hele planeet van China tot Peru, heeft geleid.
Inhoud:
1. Tropische bergtoppen met ijs
2. Gletsjers verdwijnen sinds Kleine IJstijd
3. Sneeuwlijn flink naar boven opgeschoven
4. 'Missing link' voor weerpatronen
5. Gevolgen voor het Pacific-gebied
6. Ingevroren ijsmonsters naar VS
7. Reconstructie klimaatgeschiedenis Papua
8. Viervijfde van ijs verdwenen
9. Links
10. Bronnen
1. Tropische bergtoppen met ijs
De Amerikaanse paleoklimatoloog Lonnie G. Thompson (62), hoogleraar aan het onderzoekscentrum Byrd Polar Research Center van de Ohio State Universtity, houdt zich bezig met het analyseren van ijskernen uit gletsjers en hoopt aan te kunnen tonen dat de opwarming van de aarde de oorzaak is van het smelten van de laatste resterende gletsjers in de Stille Oceaan. De gletsjers in de tropen zijn op de terugtocht. De Puncak Jaya in Indonesië, de Kilimanjaro in Tanzania en de Andes in Peru zijn de enige overgebleven tropische bergen die het hele jaar door met ijs zijn bedekt. De Puncak Jaya maakt samen met de nabijgelegen Ngga Pulu (die in de koloniale tijd als hoogste berg werd beschouwd) en enkele andere pieken deel uit van het steile en ruige Sudirman bergmassief van het Jayawijaya gebergte of Sneeuwgebergte, dat tot de hoogste van de wereld behoort. Ook is het een van de weinige gebergten rond de evenaar waarop nog gletsjers liggen. In de jaren zeventig hebben Australische expedities vastgesteld dat er sinds 1936 zoveel sneeuw en ijs gesmolten is dat de Ngga Pulu 45 meter lager geworden is. Omdat de Carstenszpiramide geen sneeuwkop heeft en even hoog gebleven is, moet de Ngga Pulu destijds zo'n twintig meter hoger geweest zijn dan de Carstenszpiramide. De Australiërs bepaalden de hoogtes van de Ngga Pulu en de Carstenszpiramide op respectievelijk 4862 en 4884 meter.
2. Gletsjers verdwijnen sinds Kleine IJstijd
Sommige gletsjers in Nieuw-Guinea zijn al verdwenen. Het zal de gletsjers van Puncak Jaya binnenkort ook ten deel vallen. Terwijl de top van de Puncak Jaya geen ijslaag bevat, zijn er verschillende gletsjers op omliggende hellingen, met inbegrip van de gletsjer op de Carstensz Northwall Firn. Er is er weinig variatie in de gemiddelde temperatuur tijdens het jaar ( circa 0,5 graad Celsius) en de gletsjers fluctueren op basis van een seizoensgebonden invloed slechts licht. Uit de analyse van historische gegevens over de omvang van deze zeldzame equatoriale gletsjers blijken deze zich significant terug te trekken rond de tijd van de Kleine IJstijd (vijftiende tot en met de negentiende eeuw) op het noordelijk halfrond, met vermelding van een regionale opwarming van ongeveer 0,6 graad Celsius per eeuw tussen 1850 en 1972. De gletsjer op Puncak Tikora (Wilhelmina-top) in de Maoke Bergen is tussen 1939 en 1962 volledig verdwenen. Uit satellietbeelden blijkt dat sinds de jaren 1970 ook het ijs van de Puncak Jaya gletsjers zich snel terugtrekt. Tijdens de laatste ijstijd was de ijskap op Nieuw-Guinea 900 km2 groot. De uiteinden van de gletsjers, die tot 15 kilometer lang waren, bevonden zich toen op 1700 meter hoogte. Een eeuw geleden waren er op heel Nieuw-Guinea nog vier berggebieden met ijskappen, nu alleen nog in het Carstenszmassief rond de Puncak Jaya. Uit onderzoek is gebleken dat de Merengletsjer en de Carstenszgletsjer tussen 1875 en 1994 respectievelijk 4,4 en 2,4 kilometer korter geworden zijn. Dat betekent dat ze zich met een gemiddelde snelheid van respectievelijk 37 en 20 meter per jaar hebben teruggetrokken. De Merengletsjer is ergens tussen 1994 en 2000 geheel verdwenen.
3. Sneeuwlijn flink naar boven opgeschoven
In 1936 functioneerde de hele ijskap nog als een echte gletsjer (‘stromende’ ijsmassa); in 1994 was nog slechts in twee van de vijf overgebleven ijsvelden sprake van bewegend ijs. Door de stijgende temperatuur komt ook de hoogtelijn waarop de sneeuw blijft liggen (van constante temperatuur van 0 graden isotherm) steeds hoger te liggen. De vraag is dan ook wanneer het laatste ijs dat op de 4862 hoge Ngga Pulu ligt verdwenen zal zijn. Op basis van veranderingen in de omvang en dikte van de ijsvelden is berekend dat de sneeuwlijn tussen 1875 en 1972 zo’n 80 centimeter per jaar naar boven is opgeschoven. Observaties in 1972 en 1995 wezen uit dat de sneeuwlijn in die periode is opgeschoven van 4580 meter naar 4640 meter, wat een gemiddelde opschuiving van 2,6 meter per jaar betekent. Als men vanuit de eerste berekening extrapoleert is al het ijs op Nieuw-Guinea over 350 jaar (in 2320) verdwenen; vanuit het tweede uitgangspunt is dat 90 jaar ofwel 2090. Bij de expeditie in juni 2010 onder leiding van Thompson werd duidelijk dat de gletsjers zich met een snelheid van zeven meter per jaar terugtrekken en binnen vier tot vijf jaar geheel uit Papua zullen zijn verdwenen. Hoe snel de gletsjers verdwijnen is niet alleen afhankelijk van de stijgende temperaturen. Ook neerslag, instraling, lichtweerkaatsing (albedo), vochtigheid en de topografie spelen een rol. In 1936, zo hebben de Australiërs berekend, lag er nog 13 km2 ijs en dat was in 1994 tot 4 km2 gereduceerd. Doordat er minder ijs is, is er minder condensatie, minder mist en sneeuw. Het ijs dat duizenden jaren geleden een groot deel van Papua bedekte, heeft vandaag de dag nog slechts een oppervlakte 1600 m2en is 32 meter diep. Het kent diepe spleten kriskras door het vervuilde ijs.
4. 'Missing link’ voor weerpatronen
Op de flanken van de Puncak Jaya smolt het ijs onder de tent van Thompson. Elke middag van het 13-daagse onderzoek regende het op de gletsjers, iets wat de Amerikaanse wetenschapper nooit was tegengekomen in zijn al 30 jaar durende onderzoek naar ijskernen. Hij lag 's nachts wakker te luisteren naar het stromende water onder hem. Tegen de tijd dat ze klaar waren om te vertrekken, was het ijs rond hun beschutte kampement precies 2,34 cm gesmolten. ‘Deze gletsjers zijn aan het sterven’, stelt Thompson. ‘Voor deze expeditie zat ik te denken dat ze nog een paar decennia hadden, maar nu zou ik zeggen dat het om enkele jaren gaat.’ Thompson werkt bij zijn onderzoek nauw samen met de Indonesische oceanograaf Dwi Susanto van het aan de Columbia University verbonden Lament-Doherty Earth Observatory en Dodo Gunawan van het Indonesische Agentschap voor meteorologie, klimatologie en geofysica (BMKG). Voor Thompson vormen de nooit onderzochte gletsjers in Papua een ‘missing link’, want ze liggen langs de rand van de warmste oceaan in de wereld en kunnen aanwijzingen bevatten over de regionale weerpatronen. In de Pacific ontstaan storingen als El Niño (opwarming van het normaal koele zeewater) met zulke uiteenlopende invloeden op het klimaat als de hevigheid van de moessons in India’s tot de droogte in het Amazone-gebied.
Het gebergte bestaat uit eenvoudige terrassen en hoge steile rotswanden. Het heeft in de loop der jaren diverse namen gekend: Carstenszmassief, Mount Carstensz, Carstensz Pyramid, Gunung Carstensz, Puntjak Carstensz, Puncak Jayakesuma, Puncak Carstensz Pyramid, Ndugundugu en Puntjak Soekarno.
5. Gevolgen voor het Pacific-gebied
Wetenschappers verwachten dat als gevolg van opwarming van de aarde, de zee in de Pacific zal stijgen en daardoor de intensiteit van tropische cyclonen zal toenemen. Er wordt uitgegaan van een temperatuurstijging van 0,5 tot 0,8 graad Celsius in regionale oppervlaktewateren op het zuidelijk halfrond en met iets minder opwarming op het noordelijk halfrond. Dit zal een nadelig invloed hebben voor veel eilanden in de Pacific, met name die bestaat uit laaggelegen koraalatollen zoals Kiribati (een archipel van 33 koraaleilandjes). Op Kiribati is de stijging al merkbaar en de bevolking al gedwongen te verhuizen naar hogere delen. Australië en Nieuw-Zeeland, de twee ontwikkelde landen in de regio, bereiden zich nu al voor op een massale uittocht binnen de komende tien jaar van inwoners uit Kiribati, Vanuatu, de Marshalleilanden, Tuvalu en delen van Papua Niugin. Door de stijging van de temperatuur, afsmelten van de gletsjer en erosie door ontbossing neemt het beschikbare schoon drinkwater voor de bevolking af. Ziektemakende bacteriën kunnen beter gedijen in warmer water. De afgelopen jaren zijn er cholera- en diarree-epidemieën geweest in gebieden rond de Wisselmeren (het huidige Paniai district), Jayawaijya (Wamena) en het Yalimo district. Terecht of onterecht worden deze verschijnselen in verband gebracht de mondiale opwarming en daaraan gerelateerde grootschalige effecten als El Niño. Gericht onderzoek moet hier duidelijkheid scheppen. Volgens Thompson zijn de tropische gletsjers als een kanarie die in zijn kooi de mijnwerkers waarschuwt voor methaangas. ‘We moeten de geschiedenis van de opwarming van de aarde vastleggen en de onderzoeksresultaten gebruiken voor de toekomst, zodat we begrijpen wat er gebeurt’, gaf de onderzoeker aan. ‘Gletsjers hebben geen politieke agenda , maar ze reageren op wat er gebeurt in onze omgeving’.
6. Ingevroren ijsmonsters naar VS
De gletsjers trekken zich wereldwijd terug. Dat gebeurt in een groot deel van Alaska, de Alpen, de Andes en tal van andere gebergten. Of dat op de Puncak Jaya anders is, afgezien van haar locatie in de Stille Oceaan, is nooit onderzocht. De berg ligt in een van de meest afgelegen uithoeken van de uitgestrekte Indonesische archipel. Het Amerikaanse mijnbouwbedrijf Freeport-McMoRan, werkzaam aan de zuidkust (Timika), hielp bij de logistiek en verplaatste het team en apparatuur met een helikopter op de Puncak Jaya. Er was vier ton aan materiaal nodig voor de elektromechanische en thermische boorsystemen en radars om de onderliggende rots in kaart te brengen. Er was een lier om de dozen met lange ijsmonsters te verplaatsen, die uiteindelijk zullen opgeslagen in koelhuizen in Columbus, Ohio, waar reeds 70.000 meter ijskernen van overal ter wereld worden bewaard.
7. Reconstructie klimaatgeschiedenis Papua
Wetenschappers hopen in Chicago uit zes monsters de geschiedenis van het klimaat en het milieu in Papua te kunnen reconstrueren. De glaciologen zullen laag voor laag onderzoeken om het eeuwenlange verleden van het ijs te doorgronden. Op basis van eerder onderzoek op de Kilimanjaro in het noordoosten van Tanzania, kan een 50 meter lange ijskern gegevens leveren over zo'n 11.700 jaar klimaatgeschiedenis, stelt Thompson. De verzamelde ijskernen konden niet in Indonesië worden opgeslagen omdat het land niet beschikt over de vereiste capaciteit. 'De temperatuur moet onder de minus 10 graden Celsius blijven, en in Indonesië zijn nog steeds problemen met de stroomvoorziening,' zegt Dodo Gunawan.
Stofvlekjes die wijzen op een zomerseizoen, kunnen helpen bij het tellen van de jaren, net als jaarringen bij bomen. Isotopen van zuurstof in kleine luchtbellen in het ijs en de temperatuursverschillen helpen de onderzoekers begrijpen hoe het weer vroeger is geweest. In 1994 zijn op de Puncak Jaya tijdens een archeologische expeditie graven in een grot onder het ijs gevonden met menselijke resten. Deze werden met de C-14 methode (radiometrische datering van organisch materiaal) op een ouderdom van circa 5.000 jaar gedateerd.
8. Viervijfde van ijs verdwenen
Thompson en zijn team verwachten onder meer vulkanisch as op Papua te vinden van uitbarstingen uit het verleden. De uitbarsting van de vulkaan de Krakatau (in de Straat Soenda tussen Java en Sumatra) in 1883 en de explosie van de Tambora (op het Indonesische eiland Soembawa) in 1815 kunnen dienen als tijdlijnen. Ook hoopt het team het roet van bosbranden, pollen, plantenresten en misschien zelfs bevroren dieren aan te treffen. Satellietbeelden en luchtfoto’s geven al lange tijd de snelle terugtocht van het ijs op de gletsjer aan. De Puncak Jaya heeft ongeveer 80 procent van haar ijs sinds 1936 verloren, en tweederde daarvan sinds de laatste wetenschappelijke expeditie in de vroege jaren 1970. Geoffrey Hoop, een professor aan de Australian National University, die deelnam aan de expeditie in 1971 naar de Puncak Jaya, merkte op dat Papua berggebied het natste ter wereld is. Voor hem kwam de grote hoeveelheid neerslag niet als een grote verrassing. Toch was zijn eigen ervaring duidelijk anders. ‘Het dak van onze tent daalde in avond door het gewicht van de sneeuw’, herinnerde hij zich, ‘en al het water van de gletsjer was elke nacht tegen acht uur in de ochtend bevroren’.
De noordkant van Puncak Jaya wordt gevormd door bijna 3.000 meter hoge rotskliffen die een uitgebreide gletsjer omarmen. In de hooglanden schommelt de dagtemperatuur tussen de 7 en 24 graden Celsius. 's Middags zijn er warme regenbuien, die echter koud kunnen zijn als je ze tegenkomt op een bergpas. Dichter bij de berg kun je echter sneeuw en guur weer verwachten. De temperatuur schommelt tussen -2 en 16 graden Celsius met af en toe zon in de ochtend en regen in de middag en avond. De wind varieert en kan erg sterk zijn.
Thompson denkt dat de temperaturen op grote hoogte twee keer zo groot stijgen als aan het aardoppervlak. Als dat waar is, zou dat grote gevolgen kunnen hebben voor mensen die afhankelijk zijn van water van de gletsjers tijdens het droge seizoen. De Puncak Jaya is het een van de weinige ‘archieven’ over het equatoriale fenomeen El Niño, zegt Michael Prentice van de Indiana Geological Survey, die al lange tijd geïnteresseerd is in het gebied. Uit het onderzoek van Thompson zou duidelijk kunnen worden wat de miljarden mensen in Azië te wachten staat.
9. Links:
- Warren, Dana Rae en Tyson, Peter, September 2007, Profiel Lonnie Thompson: The Real Iceman, Nova Science now.
- Thompson, L.G. et al., 2010 Blog over de 13-daagse expeditie van Lonnie Thompson in Papua. Columbia.EDU.
- Christenson, David, Chmura, Greg en Samudro, Ario, 2010. Video: Flying Over Puncak Jaya. Columbia EDU.
-Holland, Earl. 2007. Lonnie Thompson to Receive National Medal of Science. Ohio State University, Research News.
- Kincaid, Joni L., and Klein, Andrew G., 2004. Retreat of the Irian Jaya Glaciers from 2000 to 2002 as Measured from IKONOS Satellite. Portland
- Israël, Brett, 2010. Global warming: World's highest island glacier vanishing. CS-Monitor (16-09-2010)
- Beekman, George, 2010, Oude kou kwam toch niet door explosie. NRC Handelsblad, wetenschap-katern (28-07-2010).
- Hope, Geoff S., Map of Carstensz Glacier Area, Bergkaart van Puncak Jaya, 1976, Papuaweb.
- Ian Allison and James A. Peterson. "Glaciers of Irian Jaya, Indonesia and New Zealand". U.S. Geological Survey, U.S. Department of the Interior. Retrieved April 28, 2000.
Lees ook:
- De eerste Nederlandse expeditie in Nieuw-Guinea
- De expeditie naar het Sterrengebergte
- Amungme: Bergpapua's zonder berg
- Freeport gemaand tot benoeming milleucommissaris
10. Bronnen:
- Allison I. 1974. Morphology and dynamics of the tropical glaciers of Irian Jaya. Zeitschrift Fur Gletscherkunde und Glazialgeologie X: 129–152.
- Allison I., Peterson J.A. 1976. Ice areas on Mt. Jaya: Their extent and recent history, in The Equatorial Glaciers of New Guinea: Results of the 1971–1973 Australian Universities’ Expeditions to Irian Jaya: Survey, glaciology, meteorology, biology, and paleoenvironments, edited by G. S. Hope, J. A. Peterson, U. Radok and I. Allison. Balkema, Rotterdam, pp. 27–38.
- Allison I., Peterson J.A. 1989. Glaciers of Irian Jaya, Indonesia, and New Zealand, in Satellite Image Atlas of Glaciers of the World, edited by.R.S. Williams and J.G. Ferrigno. Washington, United States Government Printing Office.
- Allison I., Kruss P. 1977. Estimation of recent climate change in Irian Jaya by numerical modelling of its tropical glaciers. Arctic and Alpine Research 9(1): 49–60.
- Quarles van Ufford, A. & P. Sedgwick 1998. Recession of the Equatorial Puncak Jaya Glaciers 1825 to 1995. Irian Jaya (Western New Guinea) Indonesia. Zeitschrift für Gletscherkunde 34: 131-140
- Hope, G.S., Peterson, J, Radok, U., Allison, I. 1976. The Equatorial Glaciers of New Guinea, A. Balkema, Rotterdam.
- Temple, Philip. 2003. Schnee über dem Regenwald. Mit Heinrich Harrer auf den Gipfeln Neuguineas", in: National Geographic Magazine (Duitstalige editie).
- Schouten, Elske. 2010. Ze zijn net op tijd bij het ijs op de Puncak Jaya. In NRC Handelsblad Wetenschap (29-07-2010)
- Thompson, L.G., Mosley-Thompson, E., Brecher, H., Davis, M.E., Leon, B., Les, D., Mashiotta, T.A., Lin, P. N., Mountain, K., 2006. Evidence of abrupt tropical climate change: past and present. Proc. Natl. Acad. Sci. U.S.A. 103 (28), 10536.
- L.G. Thompson, E. Mosley-Thompson, M.E. Davis, P.-N. Lin, K. Henderson, T.A. Mashiotta, 2003. Tropical glacier and ice core evidence of climate change on annual to millennial time scales. Climatic Change 59, 137-155.
- L.G. Thompson et al., 2002. Kilimanjaro ice core records: evidence of Holocene climate change in tropical Africa. Science 298 (5593), 589-593. doi:10.1126/science.1073198.
- L.G. Thompson, 2000. Ice core evidence for climate change in the Tropics: implications for our future. Quaternary Science Reviews 19, 19-35.
- L.G. Thompson, T. Yao, M.E. Davis, K.A. Henderson, E. Mosley-Thompson, P.-N. Lin, J. Beer, H.-A. Synal, J. Cole-Dai, J.F. Bolzan, 1997. Tropical climate instability: the last glacial cycle from a Qinghai-Tibetan ice core. Science 276 (5320), 1821-1825. doi:10.1126/science.276.5320.1821.
- UNOCHA/IRIN. 2009. Global: cholera, climate change and El Niño. UN Office for the Coordination of Humanitarian Affairs, Johannesburg.
Advies en commentaar: Dr. Remco van de Pas was voor de organisatie Dokters van de Wereld twee jaar projectcoördinator in de hooglanden van Papua in het district Puncak Jaya. Van de Pas werkt nu bij de organisatie Wemos, die over een breed spectrum aan ervaring en deskundigheid beschikt over het recht op gezondheid in ontwikkelingslanden.